groot voorstander van een verbod op sommige teksten
donderdag 10 januari 2013 om 12:31
en ja, die kop is ironie ;-)
Terwijl ik bij het koffiezetapparaat wachtte, rustte m'n blik op de doos met oude kranten. Bovenop lag de Woonbode van 27 december, sympathieke kop "Villa aan Koninginneweg in oude glorie hersteld, restauratie zorgvuldig en met liefde gedaan."
Ik draaide de krant om — boven de vouw stond alleen de kop en de foto — en schrok van de Draak-van-een-Tekst die volgde. Leest u even mee: (2 zinnen citeren mag wel van Arnoud ;-))
"[..] De villa's hebben cultuurhistorische waarde als een bijzondere uitdrukking van een typologische ontwikkeling in de bouw van representatieve woonhuizen voor de beter gesitueerden. De ensemblewaarde zit 'm in de sterke architectonische en stedebouwkundige samenhang met de omringende bebouwing."
Wie die zin bedacht heeft, ik weet het niet. Waarschijnlijk niet de schrijver van het artikeltje, Jaap van den Bergen, want verderop in de tekst zien we een andere schrijfstijl, met journalistieke minpunten als passieve zinnen ("werd toegezegd dat dat de villa's zouden worden teruggebracht in de woonsfeer" in plaats van "De Gemeente heeft toegezegd dat zij de villa's zou terugbrengen in de woonsfeer" ) en haast-taal ("een stukje Koninginneweg.")
Ik vermoed dat de tekst door een architecten- of makelaarskantoor is bedacht. Onder het mom van: Hoe duurder het taalgebruik, hoe groter de aankoop- of aanbestedingskans. En Woonbode-redacteur van den Bergen dacht: dat klinkt een stuk sjieker dan ..."In het uiterlijk van de villa's en naastgelegen woningen kun je vandaag nog zien hoe de woningbouw voor de rijkere burgers zich rond 1900 ontwikkeld heeft." Spreek je die laatste zin uit bij een Architectuurrondleiding, dan kun je de vraag verwachten: "Wat leuk, waaraan kun je dat dan zien?" (Antwoord: Nou, men noemt deze woning Overgangsstijl omdat je hier zowel Neoromaanse stijlkenmerken ziet, (wijs aan), als de eerste hints van wat later de Berlagiaanse Nieuwe Zakelijkheid zou worden (wijs aan.))
Maar begin je over de typologische ontwikkeling en de ensemblewaarde in de architectonische en stedebouwkundige samenhang dan zegt het gezelschap op z'n best nog beleefd 'hum' en boekt de volgende keer een andere rondleiding. Net als zo'n woonbode. Die gaat onuitgelezen in de blauwe kliko ;-)
Kan zo'n Woonbode niet een èchte kunsthistoricus-met-redactie-ervaring als Marina smeken om bij hen in dienst te komen? Maarja, Marina heeft natuurlijk ook wel wat beters te doen dan schrijven voor de kattenbak ;-)